Slakkenhuiscichlide / Neolamprologus brevis
Herkomst
Tanganyikameer.
Biotoop/ habitat
Zandbodem met lege schelpen.
Maximale lengte
6 cm.
Geslachtsonderscheid
Moeilijk bij jonge dieren, later mannetje iets groter.
Type en grootte aquarium
80 cm.
Water kwaliteit parameters
pH 8,5-9, GH 7-11, 24-26 0C.
Te houden als
Een paar of als groepje in een bak met zandbodem, rotsformaties en vooral schelpen. Kan gecombineerd worden met andere Tanganyika cichliden als de bak maar groot genoeg is.
Opmerkingen
Territoriale vissen; mannetje beschermt territorium binnen een diameter van 20 cm tegen veel grotere vissen. Heeft aquarium nodig met (wijngaardslak) schelpen als schuilplaats en om eieren in af te zetten.
Voedsel
Allerlei soorten visvoer van voornamelijk dierlijk oorsprong.
Aanbevelingen kweek
Het best te doen in een aparte bak met een mannetje en 2-3 vrouwtjes. De 20 eieren worden fel verdedigd. De jongen eten artemia en ander fijn voer.
Bron
Mergus atlas
Tanganjikacichliden in hun natuurlijke omgeving. Ad Konings, Verduijn Cichlid Press, 1987.